Help! Mijn baas is een micromanager!

Help! Mijn baas is een micromanager!

Bij de start van het schooljaar, lanceerde ik een poll waarin ik vroeg naar jouw belangrijkste energielekken op het werk. Ik beloofde dat ik er een blog zou over schrijven. Ik dacht dat ik antwoorden zou krijgen als ‘ik krijg geen waardering’ of ‘het inefficiënt vergaderen’ of die ene collega die de kantjes ervan af loopt. Maar nee, jullie grootste ergernis was jullie ‘baas’, jullie leidinggevende. Er is zo’n quote die zegt: people don’t leave bad jobs, they leave bad bosses’. Dus wijd ik er een blog reeks aan. Welk type baas jouw energie laat wegstromen en wat je eraan kan doen. Deze week, elke dag een korte blog. Volgende bazen komen aan bod: Linda, de micromanager, Kurt, de bully, Bert, de natte eend en Anna, de conflictvermijder. Ik overdrijf in de stereotypering en natuurlijk zijn er varianten, mildere versies en combinaties in het bedrijfsleven te vinden. Maar voor wat structuur en leesbaarheid, worden er duidelijke typetjes neergezet.

En als ik jullie mag geloven, hebben jullie echt nog last van ‘bazen’ en ‘managers’. Dus we hebben dringend nood aan meer ‘leiders’.

Hieronder hoe jullie je ‘bazen’ gestereotypeerd hebben en hoe deze de energie doen wegstromen. Ik geef je telkens per ’type’ praktische tips om ermee om te gaan zodat jij jouw energie er niet langer aan verliest.

Maak kennis met Linda de micromanager

Linda is een erg betrokken leidinggevende en streeft ernaar om de zaken onder controle te houden en de gewenste resultaten neer te zetten. Omdat zij vanuit haar technische en inhoudelijke expertise jarenlang succesvol is geweest, is zij doorgegroeid tot manager. Op dat niveau is de kerntaak niet langer inhoudelijk expertise tonen, maar anderen richting geven en onzekerheden managen. Zij doet dit op de manier die zij het beste kent en die haar tot dan succesvol heeft gemaakt: door de zaken goed onder controle te houden. Linda’s slogan is ‘vertrouwen is goed, controle is beter’.

De positieve intentie van Linda is in essentie om het goed doen. Zij heeft een grote expertise en pakt hier graag mee uit. Vanuit haar persoonlijke behoefte aan controle, voortkomend uit een dieperliggende onzekerheid, gaat zij tot grote ergernis van haar medewerkers, kort hun taken en activiteiten opvolgen. Zij houdt zich bezig met wat voor de medewerker aanvoelt als onbenullige details die in het groter geheel niet relevant zijn: zo wil zij in kopie staan van elke mail en wil zij bij elke project team meeting aanwezig zijn. Vagere projecten zoals waarden, cultuur, motivatie van medewerkers en leiderschap, zijn niet haar ding. Zij gaat ermee om zoals zij een technisch project aanpakt, met lijstjes en duidelijke stappenplannen met input en output en zij kan moeilijk schakelen wanneer deze output niet is zoals zij verwacht had. Het effect op jou als medewerker is een gebrek aan motivatie , je krijgt het gevoel dat zij jou niet vertrouwt en geen ruimte geeft om je verantwoordelijkheid te kunnen opnemen. Hierdoor stroomt onnodig jouw energie weg. Je wordt moe van haar behoefte om alles in lijstjes te stoppen of tot in detail te moeten verantwoorden waarmee je bezig bent.

Hoe kan je best omgaan met Linda, de micromanager?

Neem het niet persoonlijk op, zij controleert vanuit haar eigen onzekerheid niet omdat jij jouw job niet goed uitvoert.

Accepteer dat zij niet gaat veranderen en vertrek vanuit het principe dat alleen jij kan veranderen hoe je ermee omgaat. Gefrustreerd blijven over haar gedrag, zorgt er alleen maar voor dat jouw batterij verder leeg loopt.

Leef je in in haar onzekerheid en bedenk een manier van werken die haar geruststelt. Bespreek dit met haar en geef vervolgens blijvend je grenzen aan, verwijs hierbij naar de afspraak die je hebt gemaakt.

Benoem van jouw kant hoe jij je voelt bij haar gedrag en formuleer jouw verzoek naar haar zodat jij terug met plezier kan komen werken en de resultaten kan halen wat tenslotte jullie gemeenschappelijk doel is.

Tenslotte, focus op haar positieve intentie, het goed willen doen voor het bedrijf, ipv op jouw ergernis, namelijk het gevoel dat zij jou niet vertrouwt.

Doe jij je job op zich graag, maar heb je last van je leidinggevende? Zit je met ergernissen of frustraties?

Wil je graag begeleid worden in ‘how to manage your boss’ en het beste maken van jullie samenwerking zodat je terug met plezier kan gaan werken? Neem contact op! Ik begeleid jou graag!

Ik heb wel gerust, maar ik ben niet ‘uitgerust’

Ik heb wel gerust, maar ik ben niet ‘uitgerust’

Ik wou je nog spreken voor ik terug aan het werk ging.

De afgelopen zomerperiode heb ik gemerkt hoeveel stress ik vasthield in mijn lichaam door de druk op het werk. De druk die ik zelf naar me toetrek omdat ik altijd klaar sta om er nog een projectje bij te nemen, daar ben ik mij meer en meer bewust van

Louise is dan ook een echte ‘go-getter’. Geef haar een opdracht waar ze kan achterstaan, waar ze een intellectuele uitdaging aan heeft en ze is vertrokken, ze gaat er voor. Ze vaart daarbij haar eigen koers, ze weet wat ze wil. Ze heeft de meeste ervaring binnen het team die ze goed kan inzetten in de extra projecten die haar worden gegeven. Ze krijgt hiervoor de nodige erkenning en waardering van haar directeuren. Ze weten: ‘she gets the job done’ en dit appelleert op haar verantwoordelijkheidszin, haar idee over zichzelf dat ze het ook allemaal kan dragen. Dit beeld over zichzelf werd gecreëerd tijdens haar jeugd. Ze was de tweede oudste van 7 kinderen en zij was als een tweede mama, chauffeur, vertrouwenspersoon voor alle jongere kinderen. Hiermee wou ze vooral haar ouders ontlasten. Ze hield het huishouden mee draaiende en dat vond ze ook leuk. Ze bracht de youngsters naar het voetbal, volleybal of andere activiteiten. Ze deed dat wel even, geen probleem.

Die gedachte is nog steeds een drijfkracht, ik pak het er wel even bij, no problem, het is zo gebeurd. Daarom doet ze ook alles liever zelf, dan is het ook zo gebeurd, dat is het meest efficiënt. Dat ze hiermee het team in aangeleerde hulpeloosheid houdt, krijgt ze meer en meer door. Maar ze vindt het ook leuk om al die ballen in de lucht te houden en hierbij ook waardering en erkenning te krijgen van haar omgeving. Alleen op het thuisfront leidde dit wel eens tot spanningen met haar partner wanneer ze nog maar eens om 20u aan een online vergadering begon en ze niet mee de kinderen in bed kon steken. Ook bij haarzelf begon het meer en meer te wringen. Dit kon toch niet de bedoeling zijn. Het leuke ging er stilaan af of het woog in elk geval niet meer op tegen de inspanningen die ze er moest voor leveren en de opofferingen die ze ervoor moest doen. Haar harde werk begon meer en meer aan haar te knagen.

Afgelopen zomer heeft ze de impact van het drukke schooljaar op haar lichaam gevoeld. Haar lichaam was uitgerust na twee maanden vakantie. Ze voelde dat dit ‘normaal’ zou moeten zijn, zelfs wanneer ze aan het werk is: “ik zou me niet continu oververmoeid moeten voelen.” Ze had tijdens de zomervakantie het sporten terug opgepakt en dat deed haar heel veel deugd. Ze was fysiek uitgerust, maar ze keek op tegen terugkeren naar het werk:

Ik heb wel gerust, zei ze, maar ik voel met niet uitgerust.

“Ik ben twee maanden continu bij de kinderen geweest en heb geen moment voor mezelf gehad. Ik merk dat de kinderen niet graag naar de opvang gaan, dus heb ik ze meestal bij mij gehouden. Ondanks dat ik fysiek uitgerust ben, ben ik nog steeds mentaal leeg. Het lijkt alsof mijn vakantie nog moet beginnen en het nieuwe schooljaar staat terug voor de deur. Ik voel nu al dat als ik niet oplet, ik terug op die sneltrein terecht kom en dan ben ik weer vertrokken voor een vermoeiend jaar. Ik wil echt meer work-life balans gedurende heel het schooljaar en niet alleen tijdens de vakantie.”

We onderzochten waardoor haar energie wegstroomt en wat ze hier aan kan doen om haar work-life balance in evenwicht te houden tijdens het schooljaar.

 

1. Haar plek in het systeem

Het probleem begint met haar plek binnen het schoolsysteem. Het is een basisbehoefte van elke mens om zijn plek in het systeem te kennen. Haar rol is onduidelijk en wanneer je rol onduidelijk is, leidt dit tot frustratie en ongenoegen. Ze heeft een formele rol als leerlingenbegeleider. Daarnaast is ze aangeduid als trekker van de beleidscel gedrag en zorg. Binnen het team leerlingbegeleiders neemt ze bijgevolg de positie van ‘leider’ in, zonder het formele mandaat van leidinggevende. De collega’s stellen haar de meest operationele vragen, waar zij een beslissing over moet nemen. Op die manier wordt ze meer en meer belast met taken die haar geen energie geven, alleen maar energie kosten. Hierdoor komt ‘geven en nemen’ ook in disbalans. Een volgende aanleiding voor meer stress op het werk.

2. balans in geven en nemen

Louise doet deze coördinatie bovenop haar fulltime job als leerlingbegeleider. Er wordt geen tijd voorzien, noch krijgt ze een financiële waardering voor de extra inspanningen. De leerlingenbegeleiders komen uit verschillende campussen die eilandjes vormen binnen het team leerlingenbegeleiders. Zij investeert veel tijd en energie om er een groter team van te maken die gaan voor één visie, maar omdat het formele leiderschapsmandaat niet bij haar ligt, stroomt de energie vaak gewoon weg zonder duurzaam resultaat. Zij krijgt hiervoor de nodige schouderklopjes van haar directeuren, waar ze uiteraard heel dankbaar voor is. Maar ze voelt dat dit niet langer voldoende compensatie is voor de geleverde inspanningen.

3. Erbij horen

Iedereen wil erbij horen en psychologische veiligheid ervaren in het systeem waartoe men behoort. Via een tafelopstelling kwamen we erachter dat het voor haar niet duidelijk is bij welk team zij echt hoort. Door haar unieke positie als vertrouwelinge van haar campus directeuren en door een verantwoordelijkheid op te nemen die formeel bij de rol van de campus directeur hoort, stijgt ze op in de hiërarchie (vergelijkbaar met de rol die ze opnam in haar gezin van herkomst). In de realiteit staat op ze op gelijk niveau met haar collega leerlingbegeleiders, waar ze ook het liefst wil bij horen. Dit geeft spanningen en onduidelijkheid, waardoor er energie verloren gaat.

De onduidelijkheid in haar rol, haar echte plek in het systeem, de disbalans in geven en nemen en de onveiligheid van ‘nergens’ echt bij te horen, zorgen ervoor dat ze in stress zit tijdens het schooljaar. Of anders gezegd, door duidelijkheid te creëren in haar rol en het bijbehorend mandaat, kan ‘geven en nemen’ terug in balans komen en wordt ook duidelijk tot welk team ze behoort. Hierdoor kan ze haar stress level verminderen en kan de energie terug stromen.

4. Bestemming work-life balans

Hiervoor heeft ze het gesprek te voeren met haar directeuren. Het gesprek over wat ze wilt en niet meer wilt. Dit voelt oncomfortabel, want haar ‘magische beweging’ is om het allemaal wel even te regelen, om alle ballen in de lucht te houden en meer verantwoordelijkheid naar zich toe te trekken dan formeel bij haar rol hoort. Zo kennen ze haar ook en haar omgeving gaat het vreemd vinden als ze een andere Louise te zien krijgen. Dit schrikt haar wel wat af. Maar ze voelt als ze de moed kan opbrengen om dit gesprek ten gronde te voeren en vast te houden aan wat zij wilt, ze het schooljaar goed kan inzetten en ze haar work-life balans beter zal kunnen behouden, waardoor ze zelf veel gelukkiger gaat zijn en ook haar gezin.

Voel jij je na de vakantie ook niet uitgerust of zijn de batterijen ondertussen weer bijna leeg na enkele weken terug aan de slag te zijn? Neem contact op! Ik begeleid jou graag naar meer energie in je werk en in je leven.

Ik ben er niet klaar voor

Ik ben er niet klaar voor

Ik ben er niet klaar voor’ eindigde ze onze kennismaking.

Ik ben niet klaar om de confrontatie met mezelf aan te gaan.

Wat de confrontatie haar brengt, weet ze dieperliggend al, rationeel kan ze zelfs de stappen bepalen die ze te zetten heeft, maar emotioneel blokkeert ze, ervaart ze zelfs lichte paniek want ‘wie is ze nog’ als ze die situatie (stuck state) waar ze al jarenlang in vastloopt, aanpakt? Als ze de identificatie met ‘zij bij wie iedereen terecht kan, die alles regelt, die sterk is, die steeds klaar staat, die nooit nee zegt, zichzelf altijd opzij schuift, etc…’ meer en meer loslaat om echt gelukkig te worden en rust te vinden.

Werken aan jezelf, is uit het slachtofferschap stappen en verantwoordelijkheid nemen

Verantwoordelijkheid nemen, betekent ‘schuld’ toestaan in het anderen teleur te stellen, in het kiezen voor jezelf op tijd en stond. Maar daar hoef je je niet schuldig over te voelen, dat is nodig om de energie te kunnen blijven delen, die je wilt delen met jouw omgeving en te kunnen zijn wie je echt wilt zijn. Dit vraagt een ‘opoffering’ van oude gewoonten en het toestaan van discomfort op korte termijn om op de lange termijn echt gelukkig te zijn.

Werken aan jezelf is niet comfortabel, dat betekent een spanning aangaan, dingen anders doen dan je gewend bent van te doen. Daar gaat jouw omgeving niet noodzakelijk blij mee zijn. Wanneer je altijd de brave, loyale dochter bent geweest die nooit tegensprak en je begint nu meer en meer op te komen voor je mening of je spreekt je ouders tegen, dan is dat even wennen voor hen. Geef ze tijd, je had zelf ook tijd nodig om te wennen aan die nieuwe versie van jezelf 😉

Werken aan jezelf, is helend en dat werkt als ‘magie’

Werken aan jezelf kan confronterend zijn, maar mijn ervaring is dat de coachees zich nadien veel lichter voelen. Ze krijgen terug perspectief en zien opties, waar voorheen een donkere tunnel zonder licht aan het einde was. Ik hoor uitspraken als ‘ik voel me meer in harmonie, rustiger en ik weet wat mij te doen staat’. Er is terug contact met diep verborgen hulpbronnen, talenten en een innerlijk kompas wat de richting wijst.

Ook voor mij werkt het zo: de confrontatie wil ik liefst vermijden want het dwingt om stappen te zetten of de situatie te aanvaarden zoals ze is als ik er niks wil aan doen, maar tegelijkertijd geeft deze confrontatie me kracht om de toekomst met vertrouwen in te gaan. En telkens wanneer ik vastloop of dreig vast te lopen, schakel ik mijn coach of therapeut in.

Werken aan jezelf is kleine stapjes zetten naar de gewenste transformatie

“Ik heb schrik om het traject aan te vatten”, vervolgde ze, “want dan moet ik veranderen.” Soms denken mensen dat ik magische krachten bezit, alsof ik een toverstaf heb, waarmee ik maar hoef te zwaaien en het is gefixt: je bent ‘veranderd’. Soms zijn ze hier bang voor en soms verwachten ze een quick fix waar ze zelf niks moeten voor doen. Ik maak dan het grapje, als ik een toverstaf had, had ik die al lang toegepast op mijn man, maar helaas zo werkt het niet. Uit de ‘stuck state’ geraken, vraagt hard werken, in eerste instantie aan jezelf. Het vraagt oefenen met nieuw gedrag, jezelf in nieuwe situaties plaatsen die je lastig vindt en dit in kleine voor jou haalbare en realistische stapjes. 

Transformatie is niet hetzelfde als veranderen

Veranderen impliceert dat het oude verkeerd was en het nieuwe goed, maar daar gaat het niet om. Het gaat in essentie over de vraag in welke mate is het huidige gedragspatroon dienend, passend om te bereiken wat ik nu wil bereiken in mijn leven. Wellicht was het patroon heel dienend in het verleden en heeft het jou veel gebracht, maar wil je nu iets anders, een ander effect neerzetten zodat je meer innerlijke rust, geluk, liefde, vrijheid, kan ervaren.

Transformatie gaat over meer en meer jezelf worden, leven volgens wie je in de kern bent. Wanneer je meer en meer zo je leven leidt, gaat alles vanzelf meer stromen. Dat kan heel zweverig klinken, maar toch is het zo. Wanneer je door een transformatie bent gegaan:

  • Zie je de realiteit ineens heel anders
  • Je kan zelfs vaak de oude realiteit niet meer als jouw waarheid aannemen
  • Je gedachten, overtuigingen zijn 180° gedraaid
  • Je ervaart het als een bron van kracht en moed

Doe voor jezelf maar eens volgende reflectieve schrijfoefening en ontdek wat voor jou transformatie is.

Reflectieve schrijfoefening over een transformerende ervaring

Denk eens terug aan een ervaring die je als transformerend hebt ervaren en ga voor jezelf na:

  1. Wat was de ervaring? Wat was de concrete situatie?
  2. Wat heeft tot de transformatie geleid?
  3. Wat betekent de transformatie in wezen voor jou?
  4. Welk gevoel gaf deze ervaring jou? Hoe heeft deze ervaring jou gevormd tot wie je vandaag bent?

In welke ‘stuck’ state zit je vandaag die vraagt om transformatie? (gebaseerd op Transformational Presence, Alan Seale)

  1. Wat is absoluut waar voor jou in deze ‘stuck state’?
  2. Wat gebeurt er als de situatie blijft zoals ze is?
  3. Wie vraagt deze situatie jou te zijn? Waartoe word je door deze situatie uitgenodigd? Welke transformatie voel je in jezelf?
  4. Wat heb je te doen? Wat heb je hiervoor nodig?
Wil je meer ontdekken over mijn persoonlijk transformatieverhaal, beluister de podcast episode ‘mijn verhaal’ van de podcastshow ‘Energiek’.

Ben jij er klaar voor om de confrontatie aan te gaan en in transformatie te gaan? Ben je klaar om jouw vastgelopen situatie met een liefdevolle spiegel te ontrafelen en op zoek te gaan naar nieuwe opties om ermee om te gaan?

Neem contact op!
Samen bewandelen we jouw persoonlijk transformatiepad!

Help, mijn medewerker heeft een emotionele uitbarsting!

Help, mijn medewerker heeft een emotionele uitbarsting!

Ik deelde s’avonds een berichtje op Facebook over een project
voor het goede doel waar onze organisatie aan meewerkt.

Vrijwel onmiddellijk erna kreeg ik een vlammende mail van mijn medewerkster:
Hoe ik dit durfde te posten zonder haar er expliciet bij te vermelden als vorm
van waardering voor het werk dat zij er had ingestoken…

Het was niet de eerste keer dat hij over haar sprak in onze sessies met de vraag hoe hij hiermee kon omgaan. Hij is bankdirecteur en zij een bediende op zijn kantoor. Dit vreette aan hem, omdat hij

1. Niet begreep vanwaar deze emotionele uitbarsting kwam en hoe iemand het in zijn hoofd haalde om op deze manier te reageren

2. Wat hij hieraan kan doen om haar verder te helpen en te doen inzien dat ze ‘fout’ was.

Wanneer je merkt dat iemand een ‘overdreven’ emotionele reactie heeft op een voor jou onschuldige situatie, dan heb je als leidinggevende mogelijks te maken met overdracht.

Overdracht

Bij overdracht worden de positieve of negatieve gevoelens uit het verleden tav een ouder of ander autoriteitsfiguur op jou als leidinggevende in het hier en nu geprojecteerd. Bijv een medewerker die zich als kind nooit erkend en gewaardeerd heeft gevoeld door zijn vader omdat het nooit goed genoeg was. Dit heeft ervoor gezorgd dat hij als kleine jongen enorm zijn best ging doen op school, op de sportclub, bij familie, etc…om die erkenning te kunnen ontvangen. Dit patroon zet zich onbewust verder in zijn volwassenheid waardoor hij enorm hard gaat werken om die erkenning en

waardering die hij nooit gekregen heeft, te kunnen ontvangen op het werk, van zijn leidinggevende. Wanneer die waardering voor het harde werk er vervolgens niet komt naar zijn gevoel, kan hij getriggerd worden in die oude pijn die hij als kind hierbij voelde, vanwaaruit deze emotionele reactie ontstaat. Jouw medewerker wordt als het ware op dat moment terug even een gekwetst klein kind dat net is afgewezen door zijn vader.

Tegenoverdracht

Je kan als leidinggevende de reactie niet plaatsen, je raakt in de war, je vindt het sterk overdreven en je weet niet hoe je hiermee moet omgaan. Mogelijks kom je zelfs in tegenoverdracht terecht, vanuit jouw eigen behoefte aan erkenning: na alles wat je al voor hem gedaan hebt, en dan krijg je dit? Vervolgens reageer je op je medewerker evenzeer vanuit een emotie of een diep ingesleten patroon door te zeggen dat het onterecht is dat hij zo reageert, door hem proberen te overtuigen dat hij niet zo emotioneel moet reageren of door het te negeren en de confrontatie ermee uit de weg te gaan. En voor je het goed beseft, zit er ruis op de relatie en wordt de samenwerking met die persoon een bron van spanning en stress.

Belangrijk is dat je als leidinggevende beseft dat het hier gaat om het kindstuk in je medewerker wat gekwetst is en iets nodig heeft van zijn ouder op dat moment. Dat het in essentie zelfs niet om jou en jouw gedrag draait (tenzij je uit meerdere gesprekken met je medewerkers vernomen hebt dat je echt wel wat vaker waardering en erkenning mag geven aan je medewerkers, dan heb jij daar zeker iets mee te doen :-)). Vaak komt iemand in een vicieuze cirkel terecht, waarbij hij zichzelf pijn blijft berokkenen: hij is op zoek naar erkenning en waardering, hij ontvangt die te weinig naar zijn gevoel, waardoor hij emotioneel reageert op situaties en hierdoor nog meer afwijzing ervaart uit zijn omgeving ipv die waardering waarnaar hij zo op zoek is.

 

Hoe kan je als leidinggevende omgaan met deze emotionele uitbarsting van je medewerker?

In wat volgt hieronder geef ik vijf praktische handvatten mee die jou als leidinggevende kunnen helpen om de soms heftige situatie te hanteren en de samenwerking te verbeteren.

Het eerste en allerbelangrijkste wat je als leidinggevende te doen staat, is:

Word je bewust van je eigen ’triggers’ en jouw eigen rugzak. Door op zelfonderzoek te gaan, kan je beter begrijpen waar de sterke emotionele lading van de reactie bij je medewerker vandaan kan komen. Je kan hierdoor beter in het spannende moment blijven zitten en die reacties bespreekbaar maken. Je versterkt je eigen leiderschap én de samenwerking met je medewerker gaat erop vooruit. Schakel hiervoor een coach in of volg hierover een opleiding
Probeer het gedrag van je medewerker niet op te lossen. Er hoeft niks opgelost te worden door jou. Als jij als leidinggevende met rationele argumenten komt om je medewerker te overtuigen, gaat je hij nog meer in de emotie schieten of dicht klappen. Gevolg is dat de hij zich nog minder begrepen voelt en mogelijks nog meer negatieve gevoelens op jou projecteert
Benoem en erken de emotie van je medewerker door bijvoorbeeld te zeggen: ik zie dat je boos, teleurgesteld, gefrustreerd bent, wat raakt jou zo? Kan je hierover meer vertellen? Let wel, jouw intentie bepaalt of je hierop een open antwoord krijgt of niet. Zorg dat je met zuivere intentie: om beter te begrijpen de emotie benoemt, niet om er komaf mee te maken. Met een emotie maak je geen komaf. Luister ernaar en toon begrip en vraag wat hij/zij nodig heeft om hier mee om te gaan.
Neem de aap niet op jouw schouders. Bewaak jouw eigen grenzen hierin. Mogelijks gaat de medewerker allerlei zaken verlangen van jou: jij moet erkenning geven, jij moet die collega aanspreken, jij moet die problemen oplossen, etc… Misschien zijn sommige opmerkingen terecht en kan jij wel iets veranderen in je leiderschapsaanpak. Maar de emotionele reactie is de verantwoordelijkheid van de betrokken persoon, niet van jou als leidinggevende. Jij kan dit niet oplossen. Vraag naar wat hij/zij zelf hiermee gaat doen, waar gaat hij/zij werken om deze sterk emotionele uitbarstingen te voorkomen in de toekomst?
Tot slot, schakel de hulp in van je HR afdeling of de vertrouwenspersoon om jou hierin bij te staan of te begeleiden. In sommige situaties is er sprake van een complexere problematiek of een dieperliggende psychische kwetsbaarheid bij de medewerker. Als leidinggevende kan jij dit echt niet oplossen en dat hoeft helemaal niet. Je kan wel de nodige hulp aanbieden als werkgever.
Misschien denk je wel: hier heb ik niet voor gekozen toen ik leidinggevende werd. Ik wilde een strategie of beleid uitzetten voor mijn afdeling. Ik wilde processen verbeteren, structuren opzetten en werken aan de toekomst. Ik wilde niet de psycholoog van mijn medewerkers worden. Dat kan, maar leiden is ook altijd een beetje lijden 🙂 en het belangrijkste hierin is je eigen grenzen en emotionele veerkracht te bewaken.

Kan jij wel een klankbord gebruiken hierbij?

Wil jij beter omgaan met deze emotionele uitbarstingen van je medewerkers? Wil jij onderzoeken wat jouw ’triggers’ zijn, wat bij jou een sterke emotionele reactie ontlokt, waar je geen controle lijkt over te hebben? 
Ben jij een lieve of een gemene roddelaar?

Ben jij een lieve of een gemene roddelaar?

Gisterenavond zaten we met ons gezin aan het avondeten (één van de mooie geschenkjes van corona dat we elke dag samen avondeten. Voor corona aten de kids bij mijn ouders en mijn man en ik aten zoals het uitkwam omwille van mijn late uren of we aten niet, zou mijn man zeggen ;-)).

Het avondeten is een vaste ankering en waarde geworden waar we bijpraten over onze dag. Er ontstond een gesprek over het nut van roddelen. Liesa wou met haar vriendje roddelen over een meisje op school, waarop haar vriendje haar afblokte en zei dat hij niet wou roddelen over haar omdat hij haar niet kende en het nut er niet van in zag. Ze zei, ja maar alé roddelen is toch leuk, dat lucht toch op.

Waarop ik haar vroeg: is dat zo? Lucht dat écht op? Mijn man ging verder en vroeg: is het echt roddelen? Soms moet je toch eens kunnen ventileren over situaties? Mijn dochters legden uit dat zij een onderscheid maken tussen ‘lief roddelen’ en ‘gemeen roddelen’. Lief roddelen is meer babbelen over de dingen die gebeurd zijn en hoe jij je daarbij voelt. Het gaat om het verwerken van de gebeurtenissen, erover kunnen praten om je ei kwijt te kunnen. Dat is aanvaard en dat moet ook kunnen tussen vriendinnen. ‘Gemeen roddelen’ is de ander echt zwart maken omdat je elkaar niet echt mag of elkaar niet echt geluk gunt. Dat is voor hen niet aanvaardbaar en kan dus niet, zeker niet onder vriendinnen.

Met welke intentie roddel jij wel eens?

Om het van je af te praten, omdat je zelf ergens mee zit? Of om de verantwoordelijkheid bij de ander neer te leggen in de hoop dat je jezelf beter voelt hierdoor? De makkelijkste manier om van ons eigen ongemak af te geraken, is te roddelen over de ander. Dat lucht eventjes op.

Roddelen is een naar buiten gooien van een innerlijk conflict,
het is een projectie van je eigen angsten,
jouw eigen verstoten energieën op anderen.

Maw, het echte ongemak blijft, want het geroddel over de eigenschappen van de ander zegt veel meer iets over wat je zelf te leren hebt, dan dat het iets over de ander zegt. Een goede manier om je eigen ontwikkelpunten te ontdekken, is te kijken naar welke eigenschappen we bij de ander veroordelen. Over welk gedrag roddelen we? En wat leer je hieruit over jezelf?

Vanaf het moment dat je voelt dat je negatief wilt praten over iemand anders, kijk eens naar jezelf en vervang de naam van de ander door jouw eigen naam. En voel wat dit met jou doet.

Wanneer je met vrienden bent, is het heel makkelijk om negatief te praten over een afwezige. Negatief denken en praten over anderen, gebeurt vanzelf. Het kost moeite om constructief te praten, het geroddel aan te kaarten en weg te gaan. Wat hierna volgt, zijn 5 tips om om te gaan met roddelen en de negatieve energie om te buigen naar een constructieve en positieve energie.

5 Tips om om te gaan met roddelen

 

1. Ga niet in op het geroddel, reageer niet, louter met een glimlach en verander het onderwerp.

2. Benoem de positieve kenmerken van de persoon en wat je fijn vindt aan de betrokkene.

3. Benoem het feit dat je aan het roddelen bent en dat je hier liever niet aan mee doet. Bijvoorbeeld door aan te geven dat je liever niet praat over mensen die er niet bij zijn.

4. Spreek niet meer af met vrienden die veel roddelen, ze kosten jou waarschijnlijk alleen maar veel energie.

5. Voor de durvers: hou de spiegel voor en vraag: waar word jij precies in geraakt bij jouzelf waardoor jij je ergert aan die persoon of die situatie? Nodig de ander uit om het bespreekbaar te maken ipv te roddelen en in slachtofferschap te blijven zitten.

Wil jij aan de slag gaan met jouw eigen ‘ongemak’, jouw innerlijk conflict, waardoor je wel eens vervalt in roddelen over personen die sterk zijn in deze eigenschappen die je veroordeelt? Wil je een liefdevolle spiegel voorgehouden krijgen en handvaten meekrijgen voor jezelf? Neem contact op! Samen gaan we op weg naar een meer constructief en positief denken zodat je minder vatbaar bent voor het geroddel en de negatieve effecten ervan op jouw energie.